STRIJD TEGEN IS ONTBEERT OVERKOEPELENDE STRATEGIE

Door Friso M.S. Stevens –

Het kabinetsbesluit voor deelname aan de coalitie tegen Islamitische Staat (IS) werd ogenschijnlijk binnen enkele weken genomen. Daar waar de PvdA jarenlang de kabinetten Balkenende kastijdde over de politieke steun die Balkenende I gaf aan de invasie van Irak in 2003, gingen de sociaaldemocraten na wat volkenrechtelijke aarzelingen in september relatief snel akkoord met een nieuwe Amerikaanse coalitie in Irak.

Het verwijt destijds was dat we door onzorgvuldige besluitvorming de oorlog ‘ingerommeld’ waren. We zouden achter de Amerikanen aangelopen hebben. Een groot deel van de kritiek kwam bovendien voort uit de desastreuze uitkomst van deze interventie zonder post-conflict plan, waar we vandaag de dag mee kampen in de vorm van IS – onder de naam Al-Qaida in Irak ontstaan na de invasie van Irak.

ONTBREKENDE STRATEGIE

Hoewel er dit keer, in tegenstelling tot 2003, wel een deugdelijke juridische basis voor ingrijpen is in de vorm van het verzoek tot bijstand van de Iraakse autoriteiten, is het niet duidelijk wat precies het politieke einddoel van de coalitie is, en hoe deze politiek-strategisch zou moeten worden bereikt. In de artikel-100 brief die in september naar de Kamer werd gestuurd valt te lezen dat de “internationale inspanningen zijn gericht op het breken van de militaire kracht van [IS] op de korte termijn”. “Naar Amerikaanse schatting”, zo vervolgt de brief, zal deze “eerste fase” 6 tot 12 maanden duren.

En daar ligt precies het probleem: hebben de VS dan wèl een overkoepelende strategie? President Obama herhaalt keer op keer dat “ degrade and ultimately destroy” het doel van het luchtoffensief is. Echter, al vrij snel na het begin van de bombardementen verklaarde generaal Tom Middendorp dat de deelnemende landen unaniem waren in het oordeel dat luchtaanvallen alleen IS niet konden verslaan: daarvoor zouden boots on the ground nodig zijn. Echter, na twee slopende grondoorlogen waren Westerse boots uitgesloten; het Irakese leger wordt nog steeds gekenmerkt door disfunctionaliteit en laag moraal.

IRAANSE MILITIES

Deze tactische leemte is dankbaar opgevuld door de door Iran bewapende en getrainde sjiitische milities – onder wie de milities die tegen Irakese- en coalitietroepen vochten tijdens de Iraakse burgeroorlog in 2007-2008. Van de circa 23.000 man die strijd leverden met IS om het soennitische Tikrit, waren slechts een tiende Irakees militair. Gezien deze disbalans kan worden afgevraagd in hoeverre de Irakese centrale overheid grip heeft op deze milities – zeker gezien het feit dat er in deze overheid zelf ook pro-Iraanse militieleiders zitten.

Een aanwijzing dat civiele en militaire controle ontbreekt kan worden gevonden in het Human Rights Watch rapport van 18 maart jl., waarin wordt gesteld dat de milities zich op grote schaal schuldig hebben gemaakt aan het platbranden van huizen en het ontvoeren, martelen en standrechtelijk executeren van burgers. Volgens recente berichten hebben veel van deze wreedheden ook na de inname van Tikrit plaatsgevonden.

SOENNITISCHE WORTELS

De vragen die rijzen ten aanzien van Tikrit en toekomstige veroveringen zijn: zullen deze milities zomaar weer vertrekken zodra IS zich richting haar bolwerken in Syrië terugtrekt? – gesteld dat het lukt IS terug te dringen. En zullen de overwegend soennitische gebieden die worden bevrijd van het juk van IS zich schikken naar sjiitische dominantie, marginalisering en waarschijnlijk onderdrukking? – de reden waarom IS in de eerste plaats voet aan de grond kreeg bij de soennitische stammen.

Beide vragen moeten ontkennend worden beantwoord: zonder een hernieuwde Sunni-Arab Awakening waarbij de soennitische stammen deel worden van de strijd tegen IS, en sektarische inclusiviteit op alle bestuurlijke en militaire niveaus, zal het onderliggende antagonisme niet worden opgelost. IS kan gezien de diepe wortels die het heeft in de soennitisch-Iraakse samenleving daarom ook beter worden gekarakteriseerd als een insurgency (in plaats van een terroristische organisatie) – iets wat militair niet louter vanuit de lucht kan worden verslagen. Dit overigens zonder het ideologische spill-over gevaar voor het Westen en met name Europa te bagatelliseren.

REGIONALE CONTEXT

Daarnaast is het Midden-Oosten een buitengewoon complex geheel waarin een specifiek probleem niet kan worden beschouwd zonder de regionale context in acht te nemen. Zo ook in casu. Nederland is onder leiding van de Amerikanen deelgenoot geworden van een sektarische strijd gevoed door de regionale geopolitieke twist tussen grootmachten Saoedi-Arabië en Iran.

Zonder een oplossing voor de Syrische burgeroorlog (waar het Iraanse Quds-korps en Hezbollah voor een militaire patstelling hebben gezorgd) zal er een vrijhaven voor IS blijven. Het trainen van een paar duizend soldaten zal hierin geen verandering kunnen brengen, en na vier jaar burgeroorlog zijn er geen gematigde krachten meer in Syrië om te bewapenen. Daarnaast zal zonder Westerse druk op coalitiegenoten uit de Golfregio om (het gedogen van) steun aan extremistische groeperingen in Syrië en Irak te beëindigen, IS kunnen blijven opereren.

Door het ontbreken van een overkoepelende strategie lijken de huidige inspanningen van de anti-IS coalitie kortom geen vrede te kunnen brengen in Irak. Er zijn inmiddels 6 maanden verstreken: hoog tijd voor wat kritische Kamervragen.

Friso M.S. Stevens is jurist en publicist

Photo: ANP INGE VAN MILL

Share this article

Newsletter

Join over 150,000 marketing managers who get our best social media insights, strategies and tips delivered straight to their inbox.