De huidige economische crisis wordt voornamelijk gezien als het resultaat van mismanagement bij Amerikaanse financiële dienstverleners en de grote financiële onkunde van Griekenland, een samenloop van omstandigheden waar de rest van Europa de dupe van lijkt te worden. De eurozone wankelt en haar leden gaan gebukt onder een zware lastenverhoging die sommige zelfs haast de nek lijkt te gaan kosten.
Een veel gehoorde suggestie om de Europese problemen voortkomend uit de economische crisis op te lossen is Griekenland uit de eurozone te zetten, maar deze ‘oplossing’ heeft nogal wat haken en ogen.
Naast de ethische en economische bezwaren, speelt er nog een heel ander aspect mee, namelijk het NAVO-lidmaatschap van Griekenland. Want ondanks alle bezuinigingen en hervormingen blijft Griekenland een zeer sterke defensiemacht houden, waar tevens nog steeds in wordt geïnvesteerd. Mede hierdoor is Griekenland een belangrijke partner voor de NAVO.
Wanneer de Grieken uit de eurozone verwijderd zouden worden of als ze hier zelf uit zouden stappen, heeft dit dan ook verstrekkende gevolgen hebben voor de NAVO en de internationale veiligheid?
Griekenland heeft altijd een zeer sterke focus op defensie gehad, voornamelijk voortkomend uit de Turkse, in Griekse ogen vijandelijke, aanwezigheid op het eiland Cyprus en de dreiging en spanning die dit voortdurende conflict met zich meedraagt. Ondanks het gezamenlijke lidmaatschap van de NAVO, een lidmaatschap dat eigenlijk een ‘niet aanval’-garantie geeft tussen de twee landen, wordt er nog steeds een werkelijke dreiging gevoeld. Dit gevoel van dreiging en de eventuele bedreiging van het Griekse grondgebied, legitimeren de grote defensieve macht – de derde van Europa – waarin men blijft investeren. Zo werd in 2010 2,9% van het BNP uitgegeven aan defensie en deze uitgaven stegen in 2011 zelfs tot 3,2%. Ook nu, in tijden van bezuinigingen en noodhulp vanuit de Europese Unie, blijft Griekenland geld spenderen aan haar defensie, hoewel de meeste contracten bevroren zijn door de Griekse overheid zal een deel van de volgende tranche noodleningen besteed worden aan nieuwe helikopters, fregatten en onderzeeboten, Deze zullen overigens wel van Europese makelaardij zijn.
En hoewel er veel kritiek hierop bestaat vanuit zowel de overige Europese lidstaten, die naar eigen zeggen dit indirect financieren, en vanuit de Griekse bevolking, die zwaar te lijden heeft onder de economische malaise, is het verweer van de Griekse minister van Buitenlandse Zaken Droutsas: ‘Of we het leuk vinden of niet, Griekenland is het verplicht om een sterk leger te hebben.’
De ethische aspecten en problemen van deze opmerking en de moeilijke situatie waarin de Griekse bevolking zich bevindt, erken ik zeer zeker maar leg ik in dit artikel naast me neer. Het gaat mij meer om de politieke effecten van deze militaire uitgaven en het spill-over effect van een eventuele exit van Griekenland uit de eurozone.
Want hoewel er veel kritiek is op de militaire uitgaven van Griekenland, dienen deze uitgaven in zekere mate ook een hoger doel. Griekenland is een zeer belangrijke NAVO-partner en heeft actief deel genomen aan vrijwel alle grote NAVO-missies zoals Kosovo, Afghanistan en Libië.
Wanneer de Europese banden verbroken worden als gevolg van een Griekse exit uit de Europese Unie kan de welwillendheid van de Grieken om deel te nemen aan missies met hun voormalige Europese partners sterk afnemen. Hoewel er een hoger doel, namelijk die van internationale vrede en veiligheid, wordt gediend zal Griekenland naar alle waarschijnlijkheid minder snel geneigd zijn om de schaarse financiële middelen en de defensieve materialen hiervoor in te zetten. Griekenland zal zich veel meer naar binnen richten vanwege de lokale en directe veiligheid, terwijl de internationale veiligheid op een tweede plek zal komen te staan.
Een aspect waardoor Griekenland nooit de NAVO zal verlaten, met of zonder plek in de Eurozone, is het al eerder genoemde Turkije. Al jaren liggen de twee landen met elkaar overhoop; het conflict over Cyprus, de oversteek van illegale Turkse immigranten naar Europa via de Grieks-Turkse grens, het conflict over de Egeïsche zee, etc. Dit zijn slechts enkele voorbeelden van de moeilijke relatie tussen beide landen.
De diplomatieke relaties zijn het laatste decennium iets verbeterd, mede door de gezamenlijke opgelopen schade van de aardbeving in 1999, maar blijven nog steeds precair. De angst van beide naties voor een inval of overname van Cyprus blijft, ondanks verbeteringen van de relatie, domineren.
Door het verdrag dat de NAVO lidstaten met elkaar gesloten hebben, is er een bepaalde status quo ontstaan tussen Griekenland en Turkije die in stand gehouden dient te worden. Hierdoor worden eventuele directe acties voorkomen en zal bijvoorbeeld het Cypriotische conflict eerder beslecht worden via diplomatieke wegen in plaats van directe, harde acties.
Lidmaatschap van de NAVO kan voor de Grieken gezien worden als een veiligheidsnet dat hen al zestig jaar beschermd tegen een eventuele Turkse inval. Het blijft natuurlijk speculeren wat er precies gaat gebeuren met de positie van Griekenland binnen Europa. Zeker is wel dat wanneer men Griekenland met respect behandeld, de Grieken veel meer bereid zullen zijn deel te nemen aan toekomstige operaties.
Met het oog op de internationale vrede en veiligheid is het zeer van belang dat er op een logische en beschaafde manier met de bezuinigingen omgegaan dient te worden. Daarnaast is het belangrijk dat de landen die in budgettaire moeilijkheden zitten maar wel een belangrijke internationale rol spelen, bijvoorbeeld binnen de NAVO, gesteund moeten worden in plaats van verguisd te worden. Hierdoor blijft de bereidheid van de landen om in nieuwe projecten te stappen bestaan en zal een concept zoals smart defense nog beter tot zijn recht kunnen komen.
Het blijft vooralsnog toekomstmuziek, maar wel muziek die goed gedirigeerd dient te worden.